De nieuwe golf van het coronavirus en de lockdown die sinds zondag 19 december 2021 van kracht is, treft iedereen. Over het algemeen geldt wel dat het voor mensen met autisme de periode zwaarder te verduren is dan voor mensen zonder autisme. Dit blijkt namelijk uit onderzoek dat eerder is uitgevoerd tijdens de coronapandemie. Veel mensen met autisme en hun families hebben het moeilijk te verduren gehad. Ook nu is er weer een moeilijke tijd voor de boeg. Onderzoek laat zien dat de impact op de geestelijke gezondheid, het welzijn en de onderwijsvooruitzichten van veel mensen met autisme onder druk staat.
De belangrijkste resultaten zijn dat:
- 9 op de 10 mensen met een autismespectrumstoornis zich tijdens de lockdown zorgen maakte over hun geestelijke gezondheid, 85% gaf aan meer angstgevoelens te ervaren.
- Mensen met autisme hadden 7 keer meer kans zich chronisch eenzaam te voelen dan de algemene bevolking en 6 keer meer kans op een lage tevredenheid over het leven.
- 1 op de 5 gezinsleden, die ook meededen aan het onderzoek, gaf aan dat zij minder zijn gaan werken om zorgtaken thuis te kunnen vervullen.
- 70% van de ouders gaven aan dat hun kind of student moeite heeft gehad om schoolwerk te begrijpen of af te maken en ongeveer de helft gaf aan dat de voortgang van school of studie eronder leed.
- De welzijnsongelijkheid is tussen mensen met autisme en de algemene bevolking groter geworden. Dit betekent dat bijvoorbeeld de beleving van geluk tijdens de coronapandemie meer bij mensen met autisme is gedaald in vergelijking met anderen.
In totaal hebben 4.232 mensen met autisme en gezinsleden van deze mensen meegedaan aan het onderzoek. Voornamelijk de ontwrichting, onzekerheid en het tempo van de veranderingen veroorzaakten zorgden voor angst. Bij sommigen werd dit verergerd doordat steun uit de sociale zorg, onderwijs en geestelijke gezondheidszorg wegviel of online verder ging.
Sociaal contact tijdens coronatijd
Het coronavirus zorgt ook voor een vertraging van de ontwikkeling van sociale vaardigheden bij mensen met autisme. Enerzijds geldt dit ook voor mensen zonder autisme, maar aangezien de sociale vaardigheden bij hun (veel) beter ontwikkeld zijn, ontstaat er tijdens de coronaperiode een grotere kloof tussen deze twee groepen. Anderzijds ervaarden mensen met autisme wel minder angst- en spanningsklachten omtrent sociaal contact aangezien hun sociale vaardigheden minder vaak op de proef werden gesteld.
Bovendien meldden veel mensen met autisme dat ze problemen hadden met het doen van boodschappen. De nieuwe regels om alleen naar winkels te gaan (zonder ondersteuning), nieuwe indelingen en de regels over mondmaskers zorgden ervoor dat velen zich overweldigd voelden en in sommige gevallen minder of helemaal niet naar de supermarkt gingen. Door deze zorgen ervaarde veel mensen met autisme meer angst. Deze impact werd het meest gevoeld door mensen met hogere zorgbehoeften, zoals vrouwen met autisme en niet-binaire personen.