Zelftest Slapeloosheid
Binnen enkele minuten krijg je te zien of er mogelijk sprake is van een slaapprobleem. De zelftest bevat 28 vragen. Geef bij elke vraag of stelling het antwoord aan dat het meest op jou van toepassing is. Wanneer je alle vragen hebt ingevuld, krijg je direct de uitslag te zien. Jouw ingevulde antwoorden en resultaten worden door niemand ingezien en worden ook niet opgeslagen.
De zelftest is gebaseerd op de Sleep Quality Scale (SQS). Deze, en alle andere zelftesten op het internet, stellen geen diagnose. Of je daadwerkelijk een slaapstoornis of slaapprobleem hebt, kan alleen een arts, en in sommige gevallen een psycholoog of psychiater, vaststellen. De uitkomst van de zelftest geeft alleen een advies en kan daarom geen rechten aan ontleend worden.
Wil je meer informatie lezen over slaapproblemen? Bekijk dan gerust eens deze pagina voor meer info.
Veelvoorkomende oorzaken
Slaapproblemen kunnen diverse oorzaken hebben. In de meeste gevallen ontstaat het door psychische problemen, lichamelijke klachten of omgevingsfactoren.
- Psychische oorzaken. In de meeste gevallen is stress de grote boosdoener. Het is veelal een gevolg van angst, spanning, een vervelende gebeurtenis of zorgen. Bij stress komt adrenaline vrij, een stof die het lichaam voorbereid op eventueel gevaar. Dit gebeurt wanneer er bijvoorbeeld een leeuw voor je neus staat: je lichaam zorgt ervoor dat je als de malle kunt wegrennen of kunt vechten. Maar deze reactie ontstaat ook wanneer het gevaar niet reëel is, zoals bij stress. Adrenaline houdt je lichaam dus wakker zodat je elk moment kunt vechten of vluchten. Hierdoor wordt slapen lastiger. Mensen met autisme ervaren doorgaans meer angst- en stressklachten waardoor slaapproblemen bij hen vaker voorkomt.
- Lichamelijke klachten. Pijn, jeuk, benauwdheid, hoesten of ’s nachts veel moeten plassen kunnen ervoor zorgen dat je ’s nachts niet goed kunt slapen. Ook zuurbranden, hartkloppingen, opvliegers, kuitkrampen of rusteloze benen zijn een veelvoorkomende oorzaak waardoor mensen slecht slapen.
- Omgevingsfactoren. Denk hierbij aan: een snurkende partner, huilende kinderen, verkeersgeluiden, een lichtdoorlatende kamer, prikkelende labels en tikkende klokken. Zeker voor mensen met autisme die doorgaans al hoogsensitief zijn voor omgevingsprikkels, kan dit ’s nacht problemen veroorzaken.
Sommige mensen met autisme slapen meer dan gemiddeld. Dit komt omdat zij vaak, zowel psychisch als lichamelijk, meer tijd nodig hebben om te kunnen herstellen van alle prikkels overdag. Op zich is hier niets mis mee en is het vaak verstandig om aan deze slaapbehoefte toe te geven.
Tips voor een betere nachtrust
- Vermijd vooral ’s avonds koffie, alcohol en cafeïne houdende thee en dranken.
- Ga elke dag rond hetzelfde tijdstip naar bed en sta rond hetzelfde tijdstip ook weer op.
- Probeer gespannen spieren te laten ontspannen
- Doe twee uur voor het slapen gaan geen inspannende activiteiten meer. Dit geldt zowel lichamelijk als psychisch.
- Zorg ’s avonds voor een comfortabele kamer (juiste temperatuur, weinig licht, herriestoppers, etc.)
- Vermijd het gebruik van je telefoon, tv en tablet vlak voor het slapengaan
- Drink en eet voldoende gedurende de dag
- Probeer dutjes overdag te vermijden
- Beweeg voldoende (minimaal 30 minuten)
- Schrijf terugkerende gedachtes en to-do punten op